Ze bestaan nog in Europa: oerbomen. Bomen die ouder zijn dan Christus en Boeddha. Van al het bos dat tegenwoordig nog in Europa bestaat wordt minder dan één procent tot het oerbos gerekend. Oerbomen en oerbossen zijn zeldzaam en bijzonder. Maar wat is nu een oerboom? Wat zijn oerbossen? En wat moeten wij, moderne Europeanen, daar nou mee? Kunnen wij in onze bossen de kwaliteiten vinden die onze voorouders daar ooit vonden?
In dit artikel wil ik meer inzicht geven in het spirituele leven van bomen, en het hebben over hun communicatie met ons mensen. Het gaat hier met name om zeer oude bomen, geestverwanten van onze voorouders, nog van ver voor de jaartelling. Weinigen onder ons kennen deze bomen, mede door hun zeldzaamheid, en omdat nooit iemand ons heeft gewezen op hun bestaan. De oudste bomen vind je aan de overkant van het kanaal, in Engeland en in Ierland. De mensen die in de buurt van zo’n oude boom wonen blijken deze vaak zelf niet eens te kennen, of ze zelfs maar te hebben gezien! Vreemd, want wie lang genoeg stilstaat bij een boom merkt dat deze een verhaal te vertellen heeft. Hoe ouder de boom, des te dieper is de spiegel waarin je kijkt. Het verhaal dat de boom vertelt, is ook jouw verhaal.
De Taxus heet in het Engels: ‘Yew’, en komt waarschijnlijk van You (Jij). Jij bent een andere ik, een spiegel waarin ik kijk.
In oude tijden, tussen de oerbomen, moet het er Als volgt hebben uitgezien: geen wegen en steden, alleen bossen, rivieren en velden. Mensen nog steeds één met de natuur. Iedere familie had zijn eigen stuk bos dat ze goed kenden. Er was geen pad nodig om de weg te vinden. Reizigers die langskwamen werden door de verschillende families door het bos gegidst, in ruil voor een verhaal of een andere gift.
De komst van het pad, en later de weg, was het begin van onze infrastructuur en het einde van de eenheid van het oorspronkelijke bos. Wortels werden doorgesneden en de communicatie tussen de bomen onderling werd bemoeilijkt.
Bomen communiceren voornamelijk beeldend. Onze rechterhersenhelft pikt deze beelden gemakkelijk op. Vroeger was deze beeldende communicatie met bomen een vanzelfsprekendheid. De bomen vertelden waar wild en vruchten, of de tak voor een goed stuk gereedschap gevonden kon worden, door het beeld ervan in het innerlijk van de persoon te projecteren.
Door de eeuwen heen hebben wij de linkerhersenhelft, de ratio, goed ontwikkeld. We kunnen de plaatjes in ons hoofd benoemen, zelfs zonder ze daadwerkelijk te zien. De beide hersenhelften werken steeds beter samen, en zo komen beeld en geluid bijéén. Bomen zullen hierdoor in de toekomst steeds beter begrepen worden, en weer dichter bij de mens komen te staan.
Al onze groene vrienden zijn zeer lichtgevoelig: draai de plant in de vensterbank 180 graden, en al het blad richt zich opnieuw naar het licht. Planten en bomen ‘kijken’ met hun bladeren, en nemen zo de omgeving in zich op. Alles wat er gebeurt op de plek waar ze staan wordt opgeslagen. Elke jaarring fungeert als de harde schijf van een computer. In deze schijf zitten alle gebeurtenissen van een zonnejaar opgeslagen.
Gebeurtenissen beschreven in beelden zijn voor ons mensen toegankelijk via de rechterhersenhelft. Met de linkerhersenhelft kunnen we vervolgens uitrekenen hoeveel jaarringen we terug moeten gaan om het tijdstip van de gebeurtenis te bepalen. Zo lezen we de geschiedenis. Hoe ouder de boom, des te groter is de bibliotheek..
Wij mensen doen in een aantal opzichten hetzelfde als bomen. Wij richten ons ook met onze kruin naar het licht, en staan rechtop tussen hemel en aarde. Onze ruggegraat staat verticaal, terwijl zoogdieren deze horizontaal dragen. Dit vertelt iets over hoe wij mensen op aarde staan, letterlijk en figuurlijk.. Wij wortelen ons hetzelfde als bomen, vanuit een verticaal bewustzijn. Al het kosmische dient op aarde te wortelen, en het aardse streeft ernaar zich met het kosmische te verenigen. Het lijkt mij de voornaamste taak van de mens om af te stemmen op de kosmos, de kosmische energie te ontvangen, en deze net zo te genereren als een boom dat doet. De mens kan de stroom van beneden naar boven in balans brengen met de stroom van boven naar beneden.
Waar wij het tegenovergestelde doen van bomen is in onze keuze van het element waarin wij leven. Bomen kiezen ervoor zowel in de aarde als in de lucht te leven. Sommige bomen staan zelfs gedeeltelijk in het water. Bomen kiezen een plek en passen zich aan. Wij mensen kiezen voor meer bewegingsvrijheid. Vinden wij een plek, dan passen we die plek aan, en niet omgekeerd.
Vroeger leefden we heel dicht bij bomen, later kozen we voor een andere weg. We trokken weg uit de bossen, er ontstonden boerderijen en dorpen. Het begin van de civilisatie? Velen werden uiteindelijk bang voor het bos. Anderen voelden zich er juist veilig, denk aan Robin Hood en de natuurlijke priester, de Druïde. De Druïde was een belangrijke tussenpersoon. Bemiddelend tussen mens en natuur hielp hij de zieken.
Bij ziekte is het kontakt met het eigen scheppende vermogen niet voldoende aanwezig om gezondheid te creëren. De zieke is niet meer in staat de doorstroming te maken van zijn kruin naar zijn wortels en andersom. De Druïde nam in zulke gevallen de zieke mee naar een speciaal uitgekozen boom. Deze boom werd uitgenodigd om de zieke eraan te herinneren wie hij of zij in wezen was: Een schakel tussen hemel en aarde, net als de boom zelf. Hierdoor werd het zelfgenezende proces weer in gang gezet.
Bomen op straat, in het park en natuurlijk ook in het bos, zijn in staat ons weer onze ‘innerlijke boom’ te doen voelen. Oerbomen hoeven fysiek niet erg oud te zijn om ‘oerenergie’ te hebben. Het gaat erom dat ze zijn opgegroeid in hun eigen familie, zodat gedachtegoed overgedragen kon worden. Dit is te vergelijken met ons mensen. Groeien wij op buiten onze familie, ergens ver weg in een ander land, dan zullen we wel alle kenmerken hebben van onze voorouders, maar we zijn daar niet bewust van. Het is dan moeilijker te weten wie of wat we zijn. Als je opgroeit als adoptiekind, of als weeskind, zul je altijd verlangen naar je oorspronkelijke roots.
De ‘familiespirit’ is erg belangrijk. Bij bomen noemt men dit ook wel de Dryade of het Hogere Zelf van de boom. Alle bomen van hetzelfde soort hebben dezelfde spirit. De eerste en de laatste boom weet dat jij het bos in loopt, de geest is één. Lopen wij door het bos en kijken niet echt, dan zien we allemaal losse bomen inplaats van grotere organismen die elkaar de wortels reiken onder de grond. Dit komt omdat wij vaak zelf ook de dingen los zien van elkaar. Helaas zijn veel bossen hiervan tot spiegel gemaakt en zijn ze daadwerkelijk los van elkaar geraakt, maar in het meest gunstige geval zien oude bomen hun nazaten opgroeien en blijft de familiegeest één.
Kijken we nu bijvoorbeeld naar de Utrechtse vallei, dan was dit een paar eeuwen geleden nog voornamelijk heide. Sinds de productieplantages rond 1700 in deze streek kwamen, kwamen er steeds meer mensen wonen. Er werden boerderijen gebouwd, buitens aangelegd, en er werden verschillende bomen ingevoerd. De tuinen waren prachtig, met diverse bomen uit de hele wereld. Dit zijn prachtige bomen en we moeten er zuinig op zijn, maar het zijn geen oerbomen.
Ook de inheemse bomen hebben grotendeels hun oerbewustzijn verloren. Vaak zijn ze ergens opgegroeid bij een kweker en later geplant in het bos, net als baby’s op een onbewoond eiland zonder ouders… Om de bomen in ons land weer bewust te maken van hun oorsprong is het belangrijk dat wij mensen een aantal dingen anders gaan zien..
Er leeft het beeld dat een boom van honderd jaar erg oud is. Maar als een boom gemakkelijk duizend of zelfs vierduizend jaar oud kan worden, is hij op de leeftijd van honderd jaar te vergelijken met een klein kind. De wijsheid is er in potentie, maar zij is nog onberoerd. Bomen zijn uiterst intelligente en vriendelijke wezens die in staat zijn en bereid zijn om met ons mensen te communiceren. Maar velen hebben nooit de kans gehad dit te leren of om het aan ons te laten zien.
Bomen hebben langer op deze planeet geleefd dan wij, en hebben daardoor hoogstwaarschijnlijk meer kennis over deze planeet dan wij. Raadpleeg eens een boom en kijk naar je bevindingen. Je kan in een boom een goede spiegel vinden. Zoals de schilder op zijn doek elk detail onder de de loep neemt en nauwkeurig onderzoekt. Zo kunnen we de boom bekijken en ons zelf vinden.
De taxus op deze afbeelding is 4.000 jaar oud. In de loop der eeuwen is hij door een verwonding van binnenuit gaan rotten. Daarom is hij nu hol, maar omdat niemand zich er verder mee bemoeid heeft, heeft hij in het rotte stuk opnieuw wortel geschoten. Is dit geen goede spiegel voor het omgaan met de ‘rotte stukken’ in onszelf? Taxus heeft een stof in zich waarmee kanker genezen kan worden..
Onze natuur in Nederland is een perfecte spiegel voor onze maatschappij. Hierover kan eenieder bij zichzelf te rade gaan. Kijkend naar de natuur in je omgeving vind je de perfecte spiegel.
In Zeist in het Panbos worden er nu ruim vijftien jaar bostochten georganiseerd, met als doel het bewustzijn van zowel boom als mens te verruimen. De meeste bomen in het Panbos waren vijf jaar geleden nog niet wakker, maar de aandacht van al die mensen deed hen (en ons) weer opleven.
Denk eens aan de boom in jouw straat. Schenk hem het beeld van één van de foto’s uit dit artikel. Voel de sympathie voor een andere mede-aardebewoner die ons temidden van het autogeweld een mooi uitzicht gunt, ons schaduw en zuurstof schenkt en onophoudelijk naar de kosmos reikt en in de aarde doordringt. Neem even de tijd bij je nieuwe vriend. Het merendeel van dit staande volk is geen (positieve) aandacht van mensen gewend. Maar het zal al gauw blijken dat elke straat en elk bos staande vrienden heeft voor jou, zeker als je jouw eigen innerlijke boom hebt gevonden.
Voor meer info neem ik u graag eens mee op een bostocht of op reis door mystiek Engeland.
Jeroen Heindijk